Gedetailleerde informatie (ma)

Macedonië

Vroege geschiedenis:

  • Historisch en geografische Macedonië is verdeeld tussen de Republiek Macedonië, de Griekse provincie Macedonië en een hoek van Bulgarije Pirin Macedonië genoemd. Het grootste deel van historisch Macedonië is nu Grieks grondgebied. Macedonië was het thuisland van Alexander de grote, die in de 4e eeuw v.C. de oude wereld veroverde, nadien was het grondgebied van Macedonië vaak een gewild gebied voor veroveraars. De Romeinse overheersing was vast geworteld na hun verovering van Macedonië in 168 v.C. en in de loop van de volgende 500 jaar ontwikkelden de voorouders van de Vlach-mensen een Latijns dialect. De hedendaagse Vlach-Gemeenschap spreekt een taal genoemd Aromanisch dat, zoals de naam al suggereert, verwant is aan het Roemeens en het Latijn. Vele Vlach dorpjes liggen langs de route van de Romeinse Via Egnatia, een belangrijke militaire weg en handelsroute die zich van Durres in Albanië naar Istanbul (Constantinopel) in Turkije uitstrekte. Toen het Romeinse Rijk in de 4e eeuw na Christus verdeeld was, kwam deze regio onder het Oost-Romeinse Rijk te vallen, geregeerd vanuit Constantinopel. Slaven begonnen zich te vestigen in het gebied in de 7de eeuw. In de 9e eeuw werd de regio veroverd door Simeon en later, onder Samoil werd Macedonië het centrum van een machtige Bulgaarse staat. Na de nederlaag van Samoil tegen Byzantium in 1014 brak een lange periode van heen en weer schuiven van de macht tussen Byzantium, Bulgarije en Servië. Rond deze tijd kwamen de eerste Roma (ook bekend als zigeuners) in het gebied na een migratie vanuit Noord-India. Na de verpletterende nederlaag van Servië door de Ottomanen in 1389 werd Macedonië deel van het Ottomaanse Rijk. In 1878 versloeg Rusland Turkije en Macedonië werd afgestaan aan Bulgarije wat genoemd wordt "de vrede van San Stefano". De westerse mogendheden die angst hadden voor een eventuele oprichting van een krachtige Russische satelliet in het hart van de Balkan, dwongen Bulgarije Macedonië terug te laten keren naar hernieuwde Osmaanse overheersing.
  • In 1893 vormden Macedonische nationalisten de "Macedonische Revolutionaire Organisatie (VMRO)" om te vechten voor onafhankelijkheid van Turkije, eindigend in de "Ilinden-opstand" in 1903, die in oktober van hetzelfde jaar werd neergeslagen. Hoewel de nationalistische leider Goce Delcev stierf, is hij het symbool van het Macedonisch nationalisme geworden.
  • Tijdens de eerste Balkanoorlog van 1912 vochten Griekenland, Servië, Bulgarije en Montenegro samen tegen Turkije. Tijdens de tweede Balkanoorlog in 1913 verdrongen Griekenland en Servië de Bulgaren en sneden Macedonië in twee helften. Gefrustreerd hierdoor bleef de VMRO de strijd tegen de nieuwe machthebbers voeren en werd de Macedonische taal en de naam Macedonië verboden. Na de tweede wereldoorlog zou Macedonië een eigen status binnen het toekomstige Joegoslavië gaan krijgen. Tito leidde het communistische verzet tot Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog en werd later minister-president, de toenmalige president van Joegoslavië. Na het einde van de Tweede Wereldoorlog werden een hoop Macedonische volkeren weer verenigd. Dit werd aangemoedigd door de communistische partij van Griekenland en Bulgarije die de Macedonische minderheden erkenden. Maar de Stalin-Tito splitsing van 1948, en het einde van de Griekse burgeroorlog in 1949, maakte hieraan een einde. Niettemin, de eerste Macedonische grammatica verscheen in 1952 en een onafhankelijke Macedonische orthodoxe kerk werd hersteld. In de daaropvolgende veertig jaar bracht Joegoslavië voorspoed in vergelijking met andere Oost-Europese staten, de burgers waren vrij te reizen en genoten geloofsvrijheid. Het land stond ook open als een toeristische bestemming.
  • In 1991 verklaarde Macedonië zichzelf onafhankelijk en in 2005 werd het kandidaat-lid van de EU

Machmoen

Arabisch: al-Ma'mun. Kalief van het Arabische rijk. Bekend om "de Roverstunnel" in de piramide van Cheops die rond 820 door werklieden in dienst van kalief al-Ma'mun is gegraven. De tunnel wordt ongeveer 27 meter lang dwars door het metselwerk van de piramide gesneden en draait dan scherp naar links om de blokkerende stenen in de oplopende passage tegen te komen. Niet in staat om deze stenen te verwijderen, graven de werklieden ernaast door de zachtere kalksteen van de piramide tot ze de opgaande doorgang bereikten. Het is mogelijk om vanaf dit punt de aflopende passage te betreden, maar deze toegang is verboden.

Maeotis(-moeras)

Maeotis was een meer genoemd door Arrianus, historicus van Alexander de Grote. Het is de huidige Zee van Azov.
De Zee van Azov is een zee in Oost-Europa. In het zuiden is het verbonden door de smalle (ongeveer 4 kilometer lange) Straat van Kerch met de Zwarte Zee, en het wordt soms beschouwd als een noordelijke uitbreiding van de Zwarte Zee. De zee wordt in het noorden en in het westen begrensd door Oekraïne en in het oosten door Rusland. De Don en Kuban zijn de grote rivieren die er in uitmonden. Er is een constante uitstroom van water van de Zee van Azov naar de Zwarte Zee.
In de oudheid was de zee gewoonlijk bekend als het Maeotis-moeras. Het blijft onduidelijk of het werd genoemd naar de nabijgelegen Maeotiërs of dat die naam breed werd toegepast op verschillende volkeren die er toevallig vlakbij woonden. Andere namen waren Maeotius, Maeotium, de Kimmerische of Skythische moerassen en de Kimmerische of Bosporische Zee (Cimmericum- of Bosporicum Mare). Plinius zei dat de Maeotiërs zelf de zee Temarenda of Temerinda noemden, wat "Moeder van de Wateren" betekent.

Maliënkolder

Het maliënkolder was een soort van harnas, gemaakt van (meestal) ijzeren ringetjes of kleine ijzeren vormpjes, die in elkaar gehaakt werden (zoals een wollen trui bijvoorbeeld).
Het nut ervan was om de drager te beschermen tegen wapens zoals sabels, zwaarden, speren en pijlen, terwijl de persoon die het maliëkolder aan heeft, maximale bewegingsvrijheid kon genieten én een bepaalde vorm van doorluchting ervaarde, wat verkoeling tijdens de strijd bracht.
De eerste maliënkolders vinden we terug uit de tijd van ca. 300 v.C. Waarschijnlijk waren het de Kelten die ze voor het eerst vervaardigden. Zowel de Romeinen alsook de Middeleeuwse ridders droegen maliënkolders, maar bij vele andere volken komen we ze eveneens tegen.

Malkat

Ook: Malkat šamami (koningin van vrouwen), Ishtar, Inanna. Belangrijkste vrouwelijke godin. In het algemeen betekent Malkat "koningin".
Zie verder: Inanna.

Malta

Hoofdstad: La Valetta. Eiland in de Middellandse Zee ten zuiden van Sicilië. 316 km2. Direct na het neolithicum floreerde Malta, we zien veel tempels gewijd aan de godin van de vruchtbaarheid. Was 5e eeuw v.C. Carthaags, 202 v.C. Romeins, daarna Vandaals, Byzantijns en Arabisch. In 60 n.C. strandde Paulus op Malta en stichtte daar een Christelijke gemeente. De Arabieren veroverden het eiland in 870 en drukten een belangrijke stempel op de taal van de Maltezers. Karel de vijfde schonk als Napolitaans koning Malta aan de Johannieterorde na gouden periode. In 1798 door Frankrijk en in 1800 door Engeland bezet. Voormalig steunpunt der Middellandse Zeevloot. In de tweede wereldoorlog uiterst belangrijke luchtmachtbasis.

Mamelukken

Vrijgelaten Tunesische en Tjerkessische slaven die de gewapende macht vormden van de Egyptische dynastie der Ajoebieden (1171-1252).

Manishtus(s)u / Man-Icticcu

Koning van Akkad in het oude Mesopotamië. Zoon van Sargon I. Volgde na diens overlijden zijn broer Rimush op en kon het Akkadische rijk in stand houden tot het aantreden van zijn (beroemde) zoon Naram-Sin. De periode Rimush en Manishtusu was na de grote overwinningen van Sargon een periode van consolidatie en strijd tegen opstandige stadstaten zoals Ur, Lagash en Umma.

Marathon

Hoewel het nooit deel uitmaakte van de oude Olympische Spelen, heeft de marathon wel een oude Griekse oorsprong. Volgens de Griekse historicus Herodotos, toen de Atheners hoorden dat de Perzen waren geland in Marathon op weg om Athene aan te vallen in 490 v.C., rende een boodschapper genaamd Pheidippides naar Sparta met een verzoek om hulp. Deze originele marathonloper legde in minder dan twee dagen 260 kilometer ruig terrein af. De Perzen werden vervolgens verslagen in de "slag bij Marathon".
Het woord marathon is het Griekse woord voor venkel, dat in het gebied lijkt te zijn gegroeid en het slagveld zijn naam heeft gegeven.
De marathon zoals we die nu kennen, was pas tijdens de moderne Olympische Spelen van 1896 een evenement, en zelfs toen varieerde hij in lengte. De eerste moderne Olympische marathons waren ongeveer 40 kilometer, wat ongeveer de afstand is tussen Marathon en Athene. De marathon is de laatste atletiekrace van de Olympische Spelen en eindigt meestal in het stadion. De nu standaard lengte van 42,195 kilometer werd voor het eerst gelopen tijdens de Spelen van 1908 in Londen.

Mardoek / Marduk

Zoon van Enki (Ea) en Damgalnunna (Ninhursag). Wordt ook wel Bel (heer) genoemd naar de andere naam van zijn moeder "Belet-ili" (in Hammurabi's codex wordt hij Bel doordat hij van ene Bel diens macht krijgt, hier wordt met Bel Enlil bedoeld).
Namen van Marduk: Bel, Martuk, Merodach (Bijbels Hebreeuws), Mardochaios (Grieks), Merôdak (Hebreeuws), Marodak (Septuagint).
Korte beschrijving: God van Babylonië en stadsgod van Babylon. Baas van alle goden in de Babylonische tijd (v/a eind 2e millennium v.C.). Zijn grootste aanhang zien we in de tijd van Hammurabi, waarbij hij de schepper van de mens was en de god van het licht en het leven. Kan gezien worden als de opvolger van de Sumerische god Enlil.
  In het derde millennium v.C. was Marduk een mindere god, in het eerste millennium heeft hij zich ontpopt als de nieuwe oppergod en opvolger van Enlil. Hij was de beschermheer van de stad Babylon die haar naam aan hem te danken heeft (Marduk wordt ook wel Bel (heer) genoemd). Zijn ziggurat "Etemenanki" stond als model voor de beroemde toren van Babel.
Zijn dier is de "mušḫuššu" of slang-draak. Zijn symbool is een driehoekige schep.
Marduk is misschien wel het meest complex van alle goden, zijn oorspronkelijke functies zijn mysterieus, hij wordt al in de oud-Babylonische periode met bezweringen geassocieerd, hier is een onbekend verband te vinden met de god Asalluhi, wat de bedoeling hiervan is is niet duidelijk maar de functie wel: door deze connectie kan hij verbonden worden aan Eridu, de stad van Enki die de baas was over de mensen en kon het verhaal dat hij de macht overgedragen heeft gekregen hiermee destijds worden gerechtvaardigd.
Tegelijkertijd wordt Marduk beschermheer van Babylon, mogelijk heeft hij zijn macht te danken aan het steeds machtiger wordende Babylon zelf, in het eerste millennium wordt hij zelfs Jupiter (zeus) genoemd.
In 1 van de bekendste Sumerische teksten "Enuma eliš" wordt Marduks' snelle opkomst beschreven. Dit geschrift wordt ook wel het Babylonische scheppingsverhaal genoemd, maar het gaat vooral over Marduks' carriere, de schepping is hierin bijzaak. In de proloog van "Hammurabi's codex" wordt al melding gemaakt van de machtsoverdracht van Enlil naar Marduk.
In de Assyrische tijd ontstaat het gedicht "Het gedicht van de rechtschapen pechvogel", bij Assyriologen "Ludlul bel nemeqi" (laat me bidden tot de god der wijsheid). Dit gedicht gelijkt sterk over het verhaal van Job in de bijbel.
Marduk wordt soms aan de goden Asalluhi en Tutu (beschermheer van Borsippa) gekoppeld, mogelijk doordat Asalluhi eens als "koning van Babylon" genoemd wordt.
Marduks' vrouw was de godin Ṣarpanitum. De god Nabu, eerst zijn afgezant, bleek later zijn zoon te zijn en werd mede-heerser aan de top van het Babylonische pantheon.
Zijn cult-plaats was de stad Babylon, h&eactue;t religieuze centrum van Mesopotamië gedurende het eerste en tweede millennium v.C. De belangrijkste tempels lagen ook in Babylon, de meest bekende is zijn Ziggurat "Etemenanki" (Huis dat reikt naar de hemel). Dit bouwwerk staat in de bijbel als symbool voor de toren van Babel. De tempel waar Marduk werkelijk werd aanbeden heette "Esagil" en dan was er nog het "Akitu"-huis waar het nieuwe jaar werd gevierd. Ook in andere steden werd Marduk geëerd waaronder Sippar, Borsippa en Nippur. In Assyrië was zijn cultus minder populair.
In de tweede helft van het tweede millennium v.C. zien we in Babylon overheersing van achtereenvolgens de Kassieten en later de Elamieten. Pas in de tweede dynastie van Isin onder Nebukasnezar I zien we de triomfantelijke terugtocht van de beelden van Marduk en andere Babylonische pronkstukken naar Babylon, ze waren weggehaald en naar Elam gebracht. Waarschijnlijk stamt het gedicht over het Babylonische scheppingsverhaal ook uit deze tijd. Nebukadnezar II herbouwt Babylon uiteindelijk volledig en herstelt de god Marduk.

Verdrag van Margus

Attila (de Hun) en zijn oudere broer Bleda sloten een vredesverdrag met het Oost-Romeinse rijk in de stad Margus (Požarevac). Volgens de voorwaarden van het verdrag beloofden de Romeinen de subsidies die ze aan de Hunnen hadden betaald (114,5 kilogram goud) ruimschoots te verdubbelen naar ca. 300 kilogram. Een andere overeenkomst tussen de Hunnen en de Romeinen was eerder al gesloten door de Romeinse generaal Flavius ​​​​Aetius, die in zijn jeugd als gijzelaar onder de Hunnen had geleefd en hun taal sprak. Het Verdrag van Margus breidde het verdrag van Aetius uit: de Romeinen beloofden alle Hunnen terug te sturen die naar Romeins grondgebied waren gevlucht, zouden geen pacten of verdragen sluiten met vijanden van de Hunnen, zouden eerlijke handelsrechten vestigen en zouden een jaarlijkse betaling goud rechtstreeks naar Attila en Bleda doen. De Hunnen van hun kant beloofden Rome niet aan te vallen, geen pacten of verdragen te sluiten met de vijanden van Rome, en de Donau-grens en de provincies van het Romeinse Rijk te verdedigen. De Romeinen waren in staat om hun troepen terug te trekken uit het Donaugebied en ze tegen de Vandalen te sturen die de provincies van Rome in Sicilië en Noord-Afrika bedreigden. De Hunnen richtten hun aandacht naar het oosten na het Margus-verdrag en voerden oorlog tegen het Sassanidische rijk, maar werden afgestoten en teruggedreven naar de Grote Hongaarse Laagvlakte, hun thuisbasis.

Mari / Tell Hariri

Oude stad in Noord-Mesopotamië, in het huidige Syrië. Opgravingen worden verricht sinds 1933. Één van de oudste steden die we kennen: reeds in 2900 v.C. werden er irrigatiekanalen aangelegd en tin verhandeld. Ongeveer 2340 v.C. werd Mari door de Akkadiërs en door het rijk van Ur veroverd, beiden installeerden Shakkanakkou; koningen/heersers die als gouverneur fungeerden. In 1760 v.C. werd het rijk door Hammurabi van Babylon veroverd en Mari werd geplunderd en met de grond gelijk gemaakt, door het daarbij bedekt worden met puin en zand, zijn de overblijfselen goed bewaard gebleven. Bij de opgravingen zijn o.a. meerdere tempels blootgelegd en 17.000 kleitabletten met spijkerschrift-inscripties gevonden.

Marpessos

Marpessos was een nederzetting in de middelste Skamander vallei van Anatolië. Het was bekend in de klassieke oudheid voornamelijk als de geboorteplaats van de Perzische Sibille Herophile. De site is gelegen op ongeveer 2km. ten Zuidoosten van het dorp Zerdalilik in het Bayramiç district van de provincie Çanakkale in Turkije. Ondanks de gelijkenis van zijn naam en de locatie van de stad op berg Ida heeft de nederzetting blijkbaar niets te maken met de mythologische figuur Marpessa en haar echtgenoot Idas. Het moet ook niet verward worden met de berg Marpessa op Paros. Verschillende bronnen uit de 4e eeuw v.C. waaronder de filosoof Heraclides Ponticus verwijzen naar Marpessos als een dorp (Latijns: vicus) in het grondgebied van Gergis. Demetrius van Scepsis (zoals benoemd door Pausanias) verwijst naar Marpessos als een voormalige stad die in zijn tijd (medio 2e eeuw v.C.) werd teruggebracht tot 60 inwoners. Het is onwaarschijnlijk dat Marpessos ooit een onafhankelijke stad was. Gergis toonde de verbinding met de Sibille door haar hoofd weer te geven op hun munten in de 4e en 3e eeuw v.C. Marpessos werd waarschijnlijk deel van het grondgebied van Ilion toen Gergis werd samengevoegd met Ilion na het Verdrag van Apamea in 188 v.C.
Zie ook: Anatolië

Massageten

Sterke Noord-Iraanse stammenconfederatie in de 7e eeuw v.C., die de verhuizing van de Scythen naar het westen veroorzaakten. Werden ook wel "grote horde" genoemd. Hun oorspronkelijke gebied lag boven de rivier "Jaxartes (de huidige Syrdarja)" en hadden in het westen de Scythen als buren en in het oosten de Issedonen (Chinees: Wu-Sun). Kwamen in 529 v.C. in gevecht met de Perzen van Cyrus de Grote waarbij de zoon van de Massagetenkoning Tomyris om het leven kwam. Nadien versloeg Tomyris de Perzen waarbij op zijn beurt Cyrus omkwam. De stam bleef tot de 4e eeuw v.C. invloedrijk.

Mastaba

Mastaba-graven omringen de piramides van het oude koninkrijk. Hovelingen en families van de vorst werden begraven in deze lage en rechthoekige bakstenen of stenen structuren. Net als de piramides werden ze gebouwd aan de westkant van de Nijl (symbool van de dood, waar de zon in de onderwereld onder gaat).
Tijdens het oude koninkrijk geloofden de Egyptenaren dat alleen de zielen van koningen in contact stonden met de goden. De zielen van de edelen daarentegen bleven het graf bewonen en moesten worden gevoed door dagelijkse offers van eten en drinken. Wanneer mensen stierven, kwam hun ka (de levenskracht of ziel van de overledene) vrij. Om de ziel aan te moedigen naar het lichaam terug te keren, werd het lichaam bewaard en werd een beeldje in de gelijkenis van de overledene in het graf geplaatst. Beeldjes genaamd shabti of shawabti, (slaven voor de ziel) werden ook in de graven geplaatst om werk te verrichten namens de overledene in het hiernamaals.
De eigenlijke grafkamer bevond zich aan de voet van een diepe verticale schacht onder een stenen constructie met plat dak. Een valse deur werd uitgehouwen in de binnenste grafmuur bij de ingang van de schacht. Vaak werd een afbeelding van de overledene in de valse deur gekerfd om de ziel te verleiden het lichaam binnen te gaan. Voor het comfort en het welzijn van de overledene was de grafkamer gevuld met goederen en voedseloffers, en de muren waren versierd met afbeeldingen van dagelijkse activiteiten. De mastaba's zijn ontworpen om het welzijn van de overledene voor eeuwig te verzekeren.

Mausoleum

Monumentaal grafmonument. Deze naam gaat terug op het voor koning Mausollos van Karië opgerichte ca. 50 meter hoge grafmonument in Halikarnassos. Dit Mausoleum behoort bij de 7 wereldwonderen. Opgegraven in 1857.
Zie ook: Het mausoleum te Halikarnassos

Mausollos (Latijn: Mausolus) (4e eeuw v.C.)

Perzisch satraap van Karië van 377 v.C. tot 353 v.C. Hij verhuisde zijn residentie naar Halikarnassos, wat hij tot hoofdstad van zijn rijk maakte. Breidde zijn macht (na de vrede van Antalcidas) sterk uit, kreeg zelfs hegemonie over Rhodos (opstand tegen Ataxerxes II). Later verbond hij zich met de Perzische koningen. Zijn vrouw en zus Artemisia II liet in Halikarnassos na zijn dood het Mausoleum oprichten, wat tot doel had als grafkelder voor haar man te dienen.
 

Voetnoten: