In de Griekse legendes koning van Mycene of Argos. Hij was de zoon of kleinzoon van Atreus en Aërope, koning en koningin van Mycene. Hij was ook de broer van Menelaos. Nadat Atreus vermoord werd door zijn neef Aegisthus (zoon van Thyestes) zochten Agamemnon en Menelaos onderdak bij Tyndareos, koning van Sparta wiens dochters Klytemnestra en Helena zij uiteindelijk zouden trouwen. Agamemnon kreeg van Klytemnestra een zoon genaamd Orestes en verder drie dochters: Iphigenie (Iphianassa), Electra (Laodice) en Chrysostemis. Menelaos volgde Tyndareos op en Agamemnon heroverde zijn vaders' koninkrijk.
Toen Paris (Alexandros), zoon van koning Priamus van troje Helena van Menelaos wegvoerde, nam Agamemnon met zijn Spartaanse leger het voor zijn broer op en spoorde de andere Griekse steden aan om een oorlog tegen Troje te ontketenen. Hijzelf verzamelde 100 oorloggschepen en werd verkozen tot leider van de "operatie". Toen de vloot en het complete leger in de haven van Aulis in Boeotië klaar stond om uit te zeilen, ging de wind liggen. Artemis was hier de oorzaak van, die was nijdig op Agamemnon omdat hij haar beledigd zou hebben (Agamemnon was voor niemand bang). Er was maar 1 manier om weer wind te krijgen en dat was het offeren van een koningsdochter, Iphigenie was de uitverkorene (als je dat zo mag noemen).
Na de val van Troje kreeg Agamemnon als prijs Cassandra, dochter van koning Priamus van Troje. Bij zijn terugkeer thuis bleek dat Aegisthus zijn vrouw verleid had, tot overmaat van ramp werd Agamemnon, die zo dapper had gestreden in de Trojaanse oorlog, ook nog door deze Aegisthus vermoord. Ook zijn kameraden en Cassandra vonden de dood. Deze moord werd gewroken door Orestes, die terugkeerde om zowel zijn moeder alsook haar minnaar te doden, waar hij met gemak in slaagde.
Agdistis / Cybele
Agdistis was een tweeslachtig schepsel geboren uit Gaia (aarde) nadat ze per ongeluk door de slapende hemelgod Zeus werd bevrucht. (kind van de Phrygische hemelgod en moeder aarde > Pausanias 7.17.8). De goden vreesde het vreemde schepsel en castreerden het, en vervolgens werd het Kybele (Cybele), de grote Frygische godin. Dit verhaal toegeschreven aan Pausanias was een Griekse vertaling van een verhaal over de Frygische mythe. In het origineel, zou de ouders van Agdistis de Frygische hemelgod en moeder aarde zijn geweest. Aangezien Kybele meestal geïdentificeerd werd door de Grieken met Rhea, is het enigszins merkwaardig dat de hemelgod van de mythe hier Zeus genoemd wordt in plaats van Ouranos. Ze had een zoon genaamd Attis (ze werd door Nana, dochter van de riviergod Sangarius, bevrucht met een amandel uit een boom die uit de afgehakte geslachtsdelen van Agdistis was ontkiemd > Pausanias 7.17.8).
Agdistis wordt verbonden met de Frygische verering van Attes of Atys. Pausanias (7.17.5) heeft betrekking op het volgende verhaal over Agdistis:
Bij één gelegenheid kreeg Zeus ongewild van moeder aarde een bovenmenselijk wezen dat tegelijkertijd man en vrouw was, en heette Agdistis. De goden vreesden het en ontmande hem, uit de afgehakte geslachtsdelen groeide een amandel-boom. De dochter van de riviergod Sangarius was vruchten aan het verzamelen van deze boom, sommige amandelen deed ze in haar boezem, maar de amandelen verdwenen en ze werd de moeder van Attis die van dergelijke buitengewone schoonheid was, dat Agdistis verliefd op hem werd. Zijn familieleden, echter hadden hem bestemd om de echtgenoot van de dochter van de koning van Pessinus/Pessinos (volgens sommigen was dat Midas) te worden, waarheen hij dienovereenkomstig ook ging. Maar op het moment suprème werd Attes door een vlaag van verstandsverbijstering overmeesterd (Agdistis zat daar achter), waarin hij zichzelf castreerde, de koning die hem zijn dochter had gegeven deed eveneens hetzelfde. Agdistis voelde nu wroeging van haar daad en verkreeg van Zeus de belofte dat het lichaam van Attes niet zou ontbinden of verdwijnen. Een heuvel met de naam Agdistis ligt in Frygië, aan de voet waarvan Attes verondersteld werd te zijn begraven (Pausanias 1.4.5).
Volgens Hesychius en Strabo (7. p.567; gecomp 10. p.469), is Agdistis dezelfde als Cybele en werd in Pessinus onder die naam aanbeden. Een dergelijk, doch licht hiervan afwijkend verhaal kennen we van Arnobius.
Zie ook: Attis.
Agrippa
Marcus Vipsanius Agrippa, geboren 63 v.C.? - overleden in maart van het jaar 12 v.C.
Krachtige adjunct van Augustus, de eerste Romeinse keizer. Hij was voornamelijk verantwoordelijk voor de overwinning op Marcus Antonius in de slag bij Actium in 31 v.C., tijdens de regeerperiode van Augustus onderdrukte hij diverse opstanden, stichtte kolonies en beheerste verschillende delen van het Romeinse Rijk. Agrippa had een hekel aan de Romeinse elite en onderhield slechts de benodigde banden met Augustus, maar het was een man die zich door niemand het kaas van zijn brood liet eten en zich verheven voelde boven de rest.
Over zijn vroege leven weten we niet veel totdat we van hem vernemen als de metgezel van Octavianus (de toekomstige keizer Augustus) op Apollonia, in Illyrië, ten tijde van de moord op Julius Caesar in 44. Octavianus, de geadopteerde zoon van Caesar, keerde terug met Agrippa naar Italië om zijn politieke claim als erfgenaam van Caesar in te dienen.
In de strijd om de macht na de dood van Julius Caesar, zien we Agrippa als 1 van Octavianus' belangrijkste militaire bevelhebbers. In 41 - 40 vocht hij tegen Marcus Antonius' broer Lucius. In 40 verkreeg hij de positie van praetor urbanus (magistraat, voornamelijk belast met de administratie van de Justitie in Rome) en was een belangrijke figuur in de onderhandelingen inzake een schikking tussen Octavianus en Marcus Antonius bij Brundisium. Gedurende de twee jaar daaropvolgend was hij op campagne in Aquitania en op de Rijn. Toen hij naar Italië terugkeerde, weigerde hij om op een opvallende manier de triomfen te vieren voor zijn successen in het Noorden. In 37 verkreeg hij het ambt van consul. In het voorjaar van 37 bereikten Octavianus en Marcus Antonius een akkoord in Tarentum, en het moet direct daarna zijn geweest dat Antonius het huwelijk van Agrippa met de dochter van Titus Atticus, een rijke vriend van Cicero regelde.
Agrippa nam de leiding van de zee-operaties tegen Sextus Pompeius op zich, bouwde een mooie haven in de baai van Napels en won vervolgens, in 36, twee beslissende zeeslagen (bij Mylae en Naulochus). Voor deze prestatie werd Agrippa bekroond met een gouden kroon. In 33 diende Agrippa als aedilis (magistraat van openbare gebouwen en werken) in Rome, zelfs al was het een veel lagere post dan zijn rol in het consulaat die hij reeds eerder had betrokken. Hij gebruikte de gelegenheid om stemmen te winnen voor Octavianus door uit eigen zak rijkelijk versierde baden te laten bouwen, de riolen te laten reinigen en de watervoorziening te laten verbeteren. Toen Octavianus en Marcus Antonius tenslotte in direct conflict kwamen bij de slag bij Actium in 31, voerde Agrippa het bevel over de vloot en was primair verantwoordelijk voor de overwinning van Octavianus.
In 23, een jaar van constitutionele crisis, werd Augustus ziek en Agrippa leek te worden aangewezen opvolger van de keizer. Hij nam Augustus' dochter Julia tot vrouw.
Agrippa vertrok nadien naar Mytilene op het eiland Lesbos, van waaruit hij de zaken in het Oosten beheerde. In hoeverre Agrippa consensus van Rome had met betrekking tot zijn macht is onduidelijk, er wodt zelfs beweerd dat zijn verblijf in Griekenland een soort ballingschap was, maar dat lijkt onwaarschijnlijk. Agrippa keerde al snel terug naar Rome om te handelen namens de keizer. Vóór zijn terugkeer in 19, ging hij eerst naar Gallië en Spanje. In Spanje wist hij eindelijk de recalcitrante Cantabriërs te bedwingen die al een heel lang een probleem waren voor Rome.
Na zijn terugkeer naar Rome in 18, ontving Agrippa de macht van een tribuun (tribunicia potestas). Hij nam deel aan de viering van de seculiere spelen in Rome in 17, waarna hij terugkeerde naar het Oosten als vice-regent van de keizer. In 15 accepteerde hij een uitnodiging van Herodes I om Judea te bezoeken, terwijl hij in het Oosten kolonies van veteranen oprichtte op Berytus en Heliopolis in Libanon. Hij sloeg vervolgens een opstand neer in het Koninkrijk van de Bosporan aan de Zwarte Zee en stelde Prins Polemo als koning van het gebied op.
In de winter van 13-12 liep hij een dodelijke ziekte op; hij stierf in maart 12 v.C.
Agrippa verdiende ook werkelijk alle lof die hij kreeg. Zonder Agrippa zou Octavianus nooit keizer geworden zijn. In Rome werd hij herinnerd vanwege zijn grootmoedigheid inzake het bouwen van aquaducten, riolen en baden en in de midden-20s voltooide hij het beroemde Pantheon. Eén van Agrippa's vijf kinderen: Vipsania Agrippina maior, was de moeder van een keizer (Caligula) en de grootmoeder van een andere keizer (Nero). Agrippa's autobiografie is verloren gegaan maar een uitgebreid geografische commentaar dat hij schreef beïnvloedde de overgeleverde werken van de geograaf Strabo en van Plinius de oudere.